oppie2

Delftse Watersport Vereniging

logodwsv-med

Huishoudelijke Reglementen DWSV

 

 

 

 

 

Vastgesteld april 2013

 

 

1.Het bestuur

 

Artikel1.1 Het bestuur bestaat minimaal uit:

-een voorzitter,

-een secretaris,

-een penningmeester,

-een lid van de loods/terreincommissie te Delft -een lid van de havencommissieFoppenhaven.

 

Artikel 1.2

 

 

Het bestuur is het uitvoerend orgaan van de besluiten die door de algemene vergadering worden genomen. Alle beslissingen die het bestuur neemt dienen in overeenstemming met het goedgekeurde beleid te zijn. Het bestuur legt in de algemene vergadering verantwoording af van zijn werkzaamheden. De algemene vergadering kan bestuursbesluiten ongedaan maken.

Ten minste vijf leden dienen daartoe het betrokken bestuursbesluit ter discussie te doen plaatsen op de agenda van de algemene vergadering.

Artikel 1.3

 

Naast de in de statuten genoemde, kan het bestuur of de algemene vergadering aanvullende bestuursfuncties in het leven roepen. Deze functies dienen in het Huishoudelijk Reglement met een taakomschrijving te worden opgenomen.

Artikel 1.4

 

De leden van het bestuur dienen minstens 21 jaar oud te zijn.

Artikel 1.5

 

Het dagelijkse bestuur bestaat uit de voorzitter, de secretaris en de penningmeester

Artikel 1.6

 

Op de jaarlijkse algemene vergadering in april treedt het bestuur als volgt af:

oOp de even jaren de voorzitter, de penningmeester en het bestuurslid van de loodscommissie te Delft;

oop de oneven jaren de secretaris en het bestuurslid van de havencommissie Foppenhaven.

Bij meer dan vijf bestuursleden bijv. zeven, treden 4 bestuurders af op de even jaren en drie op de oneven jaren. Aftredende bestuursleden kunnen zich herkiesbaar stellen.

Artikel 1.7

 

Het bestuur bestaat uit een oneven aantal leden.

Artikel 1.8

 

Als het voltallig bestuur wil aftreden dan is het verplicht aan te blijven tot de benoeming van een nieuw bestuur heeft plaatsgevonden.

Artikel 1.9

Het bestuur kiest uit zijn midden een tweede voorzitter, een tweede secretaris en een tweede penningmeester om als plaatsvervanger op te treden.

 

Artikel1.10 Afgetreden of van functieontheven bestuursleden dienen binnen 4 weken na aftreding alle onder hun berusting en op hun functiebetrekking hebbende bescheiden, materialen, geldmiddelen, sleutels enz. aan hetzittende bestuur over te dragen. Voor zover het geldmiddelen betreft moet dekascommissie deze controleren en verslag uitbrengen aan het bestuur.

 

Artikel1.11 Het bestuur vergadert tenminste vier maal per jaar of zoveel vaker als het bestuur gewenst acht. Tenminste drie bestuurderleden kunnen een bestuursvergadering bijeen doen roepen.Zij dienen hiertoe een agenda in bij de secretaris. Deze bestuursvergaderingdient dan binnen vier (4) weken na het indienen van de agenda gehouden teworden.

 

Artikel1.12 Zowel de bestuursvergaderingenals de algemene vergaderingen worden door de secretaris genotuleerd. Op deeerstvolgende vergadering moeten deze notulen worden goedgekeurd.

Besluiten genomen in de bestuursvergaderingenmoeten worden gepubliceerd in de eerstvolgende editie van de Ahoy, voor zoverdeze besluiten zaken betreffen die financiële en/of organisatorische gevolgenhebben voor de leden of bezittingen van de vereniging.

 

Artikel1.13 Alle bestuursleden zijngehouden de belangen van de vereniging te behartigen in de geest van dewatersport in het algemeen en die van de vereniging in het bijzonder. Zij staanhiertoe voor de leden klaar voor hulp en advies. Zij staan open voor suggestiesuit de leden en brengen deze in bestuursvergaderingen op tafel. Het bestuurmoet kunnen rekenen op het vertrouwen en de loyaliteit van bestuurders en deleden.

 

Taakomschrijving bestuursleden

 

Artikel1.14 Taakomschrijving voorzitter:

De voorzitter is belast met de leiding vande bestuursvergaderingenen de algemenevergaderingen en zorgt dat deze verlopen zoals voorgeschreven. Hijvertegenwoordigt de vereniging naar binnen en naar buiten. Hij ziet toe opnaleving van de statuten, de reglementen en alle besluiten die de algemenevergadering heeft genomen. Hij zorgt ervoor dat de vergaderingen wordengenotuleerd en tekent de notulen na goedkeuring.

 

Hij ziet toe op het uitschrijven van debestuurs- en algemene vergaderingen en het opstellen van de agenda ’s voor zoverdeze niet op andere wijze tot stand komen. De vicevoorzitter vervangt de voorzitter bij diens afwezigheid in diensrechten en verplichtingen.

 

 

Artikel 1.15

 

Taakomschrijving secretaris:

De secretaris bewaart het archief en voert de correspondentie van de vereniging. Hij zorgt voor het ter tafel brengen van ingekomen stukken. Hij draagt zorg voor het tijdig ter kennis brengen aan leden en bestuursleden van de data van vergaderingen en de agenda van deze vergaderingen. Hij notuleert de vergaderingen en zorgt voor de jaaroverzichten ten behoeve van de algemene vergadering.

 

Hij houdt de ledenlijst bij en meldt de mutaties aan de penningmeester. Hij zorgt voor publicatie van de genomen besluiten van het bestuur. Hij waakt met de voorzitter over de juiste gang van zaken bij de vergaderingen en over het naleven van de statuten en reglementen. Hij zorgt voor het opnemen van wijzigingen in en aanvullingen op de reglementen.

Bij afwezigheid van de secretaris wordt hij vervangen door de tweede secretaris. De tweede secretaris assisteert, zo nodig, de secretaris bij zijn werkzaamheden.

Artikel 1.16

Taakomschrijving penningmeester:

De penningmeester ontvangt alle inkomsten en doet alle betalingen. Hij vordert een bewijsstuk van betaling van elke uitgave en bewaart de bewijsstukken. Hij houdt van alle inkomsten en uitgaven een boekhouding bij, die jaarlijks ten minste twee (2) weken voor de algemene vergadering door de kascommissie wordt gecontroleerd. De bevindingen van de kascommissie worden aan de algemene vergadering voorgelegd.

Hij stelt de begroting op voor het komendverenigingsjaar, doet financieel verslag van het afgelopen jaar en legt ditvoor aan het bestuur. Hij verdedigt na standpuntbepaling van het bestuur een enander in de algemene vergadering. De vergadering krijgt het financieeloverzicht uitgereikt op de vergadering.

 

Hij draagt zorg voor het tijdig verzendenvan rekeningen voor contributie, liggelden en andere goederen of diensten aanleden en derden verleend. Hij ontvangt hiertoe de benodigde gegevens van desecretaris en de haven- loodscommissie of anderen die hiertoe opdracht hebbengekregen. Hij zorgt voor het verzenden van aanmaningen voor achterstalligebetalingen.

 

Hij bepaalt de in rekening te brengentarieven, eventueel in overleg met de ter zake deskundige andere bestuursledenof derden, voor zover deze niet in de algemene vergadering worden bepaald.

 

Hij verleent de kascommissie inzage in deadministratie en vertrekt alle inlichtingen welke die commissie ter inzage vanzijn beheer mocht verlangen.

 

Hij doet uitgaven conform de door dealgemene vergadering goedgekeurde begroting en, indien noodzakelijk, bijzondereuitgaven na goedkeuring door het bestuur, waarna zo spoedig mogelijkverantwoording in de algemene vergadering volgt.

Het bestuur kan hem te allen tijde terverantwoording roepen voor de gedane uitgaven.

 

Bij afwezigheid van de penningmeester wordtdeze vervangen door de tweede penningmeester.

 

 

2.Commissies

 

Artikel 2.1

 

De vaste commissies zijn:

-havencommissie

-loodscommissie

-barcommissie

-redactiecommissie

-watersprietencommissie

-kascontrolecommissie

-entreecommissie

Artikel 2.2

 

Het bestuur kan voor specifieke werkzaamheden een commissie instellen zoals een: -bouwcommissie

-havenprojectcommissie

Artikel 2.3

 

De loodscommissie voor de locatie Delft is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van het terrein.

De havencommissie voor de locatie Maasland is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van zowel de haven als het terrein.

Artikel 2.4

De commissies zijn belast met het toezicht op de naleving van de voor hen van toepassing zijnde delen van dit reglement. Enerzijds zijn ze het adviesorgaan van het bestuur, anderzijds hebben ze een uitvoerende functie van het beleid dat door het bestuur is vastgesteld.

 

De commissies voeren de door het bestuuropgedragen taken naar behoren uit en leggen daarvan verantwoording af aan hetbestuur.

Artikel2.5 Elkecommissie bestaat uit bij voorkeur uit minstens drie leden van wie één lidals secretaris zal dienen.

 

Artikel2.6 Hetbestuur benoemt voor de locatie Delft een terreinbeheerder die deel uitmaaktvan de loodscommissie, en voor delocatie Maasland een terreinbeheerder die deel uitmaakt van de havencommissie.

 

Artikel2.7 Het bestuur benoemt eenhavenmeester die tevens lid is van de havencommissie. De havencommissie wijst een van haar andereleden aan als plaatsvervangend havenmeester.

De havenmeester is het aanspreekpunt voorde leden en dient een ieder te wijzen op zijn rechten en plichten.

 

De havenmeester speelt een centrale rol bijhet onderhoud van de haven en het haventerrein. Hij wijst passanten ligplaatsentoe in de haven en int de liggelden. Hij kan uitgaven doen ten aanzien vanklein onderhoud en houdt daarover de administratie bij.

 

Artikel2.8 Deleden van commissies worden door het bestuur op de algemene vergadering benoemd. Zij zijn elk jaar aftredend enherbenoembaar. Een lid kan tegelijkertijd deel uitmaken van meerderecommissies.

 

Artikel2.9 Hetis gewenst bij besluitvorming binnen de commissies naar consensus testreven. Lukt dit niet, dan kan dit doorstemming geschieden, waarbij een besluit wordt genomen door een gewonemeerderheid van stemmen. Staken de stemmen, dan geeft de stem van decommissievoorzitter de doorslag.

 

Artikel2.10 De redactiecommissie isverantwoordelijk voor het regelmatig verschijnen van de Ahoy. De redactie is namens het bestuurverantwoordelijk voor de inhoud van het verenigingsorgaan.

De redactiecommissie draagt zorg voor delay-out, het drukwerk en de verspreiding van de Ahoy. De commissie stelt eenagenda op van de rubrieken die in de Ahoy moeten worden opgenomen.

 

Artikel2.11 De entreecommissie heeft tot taakde nieuw aangemelde leden, cq. donateurs, te toetsen op hun motivatie om lid te worden van de vereniging. Decommissie maakt een afspraak met het aspirant lid voor de bijeenkomst in dekantine te Delft of Foppenhaven.

 

Artikel2.12 De taak van de Watersprietenbestaat uit het adviseren van het bestuur en het uitvoeren van jeugdactiviteiten zoals instructies,trainingen, het organiseren van wedstrijden, jeugdkampen enz.

Voorstellen voor onderhoud aan envervanging van de vloot die bestaat uit Optimisten en F.J. boten, worden doorde commissie aan het bestuur voorgelegd ter goedkeuring.

 

 

Artikel 2.13

De barbeheerder is verantwoordelijk voor de in- en verkoop met betrekking tot de bar. De beheerder van de bar draagt zorg voor de barbediening, waarbij volgens een op te stellen rooster een beroep wordt gedaan op de meerderjarige leden die deel uit maken van de barcommissie.

De leiding van de barcommissie ziet toe op een correct optreden van de barbediening en waakt erover dat geen andere personen dan de leden van de barcommissie de bar bedienen.

Artikel 2.14

De kascontrolecommissie wordt benoemd door de algemene vergadering. Zij bestaat uit twee (2) meerderjarige leden en een (1) meerderjarig reserve lid. De leden van deze commissie mogen geen bestuurslid zijn. Elk jaar treedt het langstzittende lid af. Het

reservelid wordt dan lid in volle rechte.De algemene vergadering kiest jaarlijks een nieuw reservelid.

 

De kascontrolecommissie is gehouden tenminste een (1) maal per jaar de saldi, de boeken, de kas en de bescheiden vande penningmeester in te zien. Van de uitkomst van dit onderzoek wordt eenschriftelijk verslag uitgebracht aan het bestuur.

 

Indien de kascontrolecommissie termenaanwezig acht om de penningmeester te dechargeren zal zij een betreffendvoorstel doen aan de algemene vergadering. De algemene vergadering ontvangtdaartoe tijdens de vergadering de benodigde financiële overzichten van depenningmeester.

De kascontrolecommissie brengt schriftelijkverslag uit aan de algemene vergadering van haar bevindingen. Bij grotevoorkeur wordt deze verslaglegging in de ledenvergadering toegelicht.

 

Artikel2.15 Het bestuur kan per projectgeen uitgaven goedkeuren hoger dan € 2000, - indien het betrokken project niet op de begrotingvoorkwam. Uitzonderingen hierop vormen de uitgaven voor werkzaamheden,aanschaffingen en/of andere verplichtingen, die geen uitstel gedogen ofgelegenheid laten een algemene vergadering ter goedkeuring bijeen te roepen.

Voor dit soort uitgaven legt het bestuursteeds verantwoording af in de eerstvolgende algemene vergadering.

In spoedeisende gevallen kan de penningmeester, mettoestemming van ten minste twee (2) bestuursleden, onder wie de voorzitter ofsecretaris, uitgaven tot € 2000, - doen. Hij dient wel zo spoedig mogelijk hetvoltallig bestuur hierover in te lichten.

 

Artikel2.16 Alleen leden van de verenigingkunnen lid zijn van een commissie. Als niet-leden zich willen inspannen voor een commissie is datmogelijk. Deze niet-leden zijn geen lid van de commissie en hebben nietdezelfde rechten en plichten als de leden van de vereniging.

 

3.Lidmaatschap

 

Artikel 3.1

 

Ieder lid wordt geacht bekend te zijn met de bepalingen van de statuten en reglementen van de vereniging en deze na te leven.

Artikel 3.2

Om het lidmaatschap te verkrijgen neemt de aanvrager contact op met de daarvoor aangewezen vertegenwoordigers van het bestuur, de loodscommissie (voor de locatie Delft) of de Havencommissie (voor de locatie Maasland).

Deze vertegenwoordigers introduceren de vereniging, leggen de te volgen procedure aan de aanvrager uit en wijzen hem op de rechten en plichten die met het lidmaatschap en eventuele stalling gepaard gaan. Tevens overhandigen de vertegenwoordigers van de vereniging de aanvrager het aanvraagformulier, de statuten en het huishoudelijk reglement.

 

Als de aanvrager bereid is aan regels,beschreven in de statuten en het huishoudelijk reglement, te voldoen, dan kanhij het volledig ingevulde en ondertekende inschrijfformulier, met pasfoto enrecente foto van het vaartuig (indien van toepassing), aan de secretaristoezenden.

 

Binnen een paar dagen na ontvangst door desecretaris wordt de aanvrager door de secretaris geïnformeerd of hij door DWSVals lid wordt toegelaten.

 

Het lidmaatschap gaat echter pas in naontvangst van het inschrijfgeld en de contributie. Alle rechten en plichten uitde statuten en reglementen zijn vervolgens van toepassing.

Het lidmaatschap geeft niet automatischrecht op een ligplaats maar als een ligplaats wordt gegund, dan gelden debijbehorende verplichtingen. Indien er een wachtlijst bestaat, dan worden deoudste aanvragen het eerst beoordeeld, waarbij rekening gehouden wordt met deafmetingen van de beschikbare ligplaatsen.

 

Het lidmaatschap van leden die handelingenbegaan die nadelig zijn voor de goede naam van de vereniging, kan door hetbestuur worden opgezegd. Hieronder is ook begrepen het niet naleven vanmilieumaatregelen die van toepassing zijn op de terreinen, in loodsen en dehaven van de vereniging.

 

 

Artikel 3.3

Natuurlijke personen kunnen, evenals bedrijven en stichtingen, als begunstiger (donateur) van de vereniging worden ingeschreven. De minimum bijdrage wordt door het bestuur bepaald. Als toelatingscriterium voor donateurs geldt o.a. belangenloosheid van betrokkene.

 

Artikel 3.4

 

Elk lid is gehouden de hem/haar toegezonden rekeningen voor contributie, entreegeld, liggeld, vergoeding voor het verlenen van faciliteiten enz., tijdig te voldoen. In januari ontvangt elk lid een jaarfactuur waarop de kosten voor contributie, zomerstalling en winterstalling worden vermeld.

 

Voor de contributie en zomerstalling/ligplaats is de uiterste betaaldatum 31 januari. Voor de winterstalling is de uiterste betaaldatum 31 juli. Indien de uiterste betaaldata zijn overschreden dan zendt de penningmeester een betalingsherinnering met de vermelding dat de betaling binnen 10 dagen moet zijn voldaan.

In geval het lid in gebreke is met betaling van alle gefactureerde verschuldigde kosten of het voldoen aan de verplichting tot het verwijderen van het gestalde object, welke ingebrekestelling automatisch intreedt indien het lid de betaling van de kosten niet voor de uiterste betaaldatum heeft voldaan dan wel het gestalde object niet na einde lidmaatschap heeft verwijderd, zal de vereniging het lid bij aangetekend schrijven tot betaling dan wel verwijdering sommeren om binnen vier maanden te betalen dan wel het gestalde object te verwijderen.

 

Indien het lid verzuimt dit te doen is het lid in verzuim en is een boete van € 295,- verschuldigd. De vereniging zal dan het gestalde object verkopen, om uit de opbrengst de openstaande kosten en boete te voldoen, waarbij het restant zal toekomen aan het lid en waarbij de kosten hiervoor voor rekening van het lid komen.

Hiervoor geeft het lid de vereniging een onherroepelijke volmacht onder de opschortende voorwaarden dat het lid in verzuim is zoals hiervoor gemeld, om het gestalde object te verkopen en het verschuldigde op de opbrengst te verhalen. De volmacht eindigt niet bij overlijden.

 

De volmacht verklaring is ter ondertekening door nieuwe leden opgenomen in het aanvraagformulier voor stalling/ligplaats met ingang van 24 april 2013.

 

Artikel 3.5

Het bestuur kan een lid wegens wangedrag voor een periode van maximaal vier (4)weken schorsen. Dit houdt in dat het betrokken lid de toegang tot gebouwen, terreinen en evenementen in die periode is ontzegd. Het lid heeft echter steeds het recht om, na overleg met het bestuur, zijn eigendommen te verzorgen.

 

 

 

Onder wangedrag kan ondermeer wordenverstaan: -het in opspraakbrengen van de vereniging;

-het schaden van de belangen van de vereniging;

-het zich niet houden aan het bepaalde in statuten enreglementen of bestuursbesluiten;

-het zich onwelvoeglijk gedragen.

 

 

Artikel 3.6

Indien schorsing van een lid wordt overwogen, wordt dit lid door het bestuur schriftelijk of mondeling uitgenodigd zijn/haar gedrag te verdedigen. Voor minderjarige leden wordt ook een der ouders, verzorgers of voogd uitgenodigd.

 

Artikel 3.7

Alle leden zijn gebonden aan de besluiten welke door de algemene ledenvergadering zijn genomen, onverschillig of zij al dan niet bij het behandelen van het onderwerp aanwezig zijn geweest.

 

Artikel 3.8

Toegang tot de haven, de terreinen en clubhuis hebben alle gewone leden, hun gezinsleden, de jeugdleden, de ereleden en begunstigers voor zover hen de toegang niet is ontzegd.

Nadere regels omtrent toegang en gebruik van faciliteiten staan in de betreffende reglementen zoals havenreglement, clubhuisreglement enz.

 

Artikel 3.9

De vereniging, het bestuur en de commissieleden zijn niet verantwoordelijk voor de schade ontstaan als gevolg van aanwijzingen door of vanwege de havenmeester, commissieleden of bestuursleden.

 

Artikel3.10 Het bestuur kan, indien een lidzijn verplichtingen niet nakomt, de nodige maatregelen nemen op kosten van deovertreder.

 

4.Reglementen opstallen, terreinen.

 

Artikel4.1 In gevallen waarin ditreglement niet voorziet beslist de betreffende commissie, de havenmeester en/ofhet bestuur, waarbij een eventueel bestuursbesluit prevaleert.

 

Artikel4.2 Een ieder die de terreinenbetreedt, wordt geacht de bepalingen van de reglementen te kennen en zichdaaraan te onderwerpen. Bij niet naleving hiervan door de leden van devereniging kan de betreffende commissie aan het bestuur verzoeken maatregelente nemen.

 

 

Artikel 4.3

 

Een ieder die zich op de terreinen, de jachthaven of in de opstallen bevindt, is gehouden de instructies van de commissies met betrekking tot de orde, veiligheid en het milieu op te volgen.

Artikel 4.4

Apparatuur en materieel van de vereniging mag slechts met toestemming van de betreffende commissie of het bestuur gebruikt worden. Het gebruik geschiedt echter voor eigen rekening en risico. De gebruiker is volledig verantwoordelijk voor door hem aangebracht letsel aan zichzelf en anderen en voor door hem aangerichte schade.

 

Artikel4.5 Hetlid vrijwaart de vereniging tegen alle door hem en door zijn eigendommenaangebrachte schade aan derden en eigendommen van derden. Onder derden zijn indit verband inbegrepen de leden van de vereniging. Het lid is gehouden totvolledige vergoeding van schade aangebracht aan eigendommen van de verenigingen haar leden en van letsel toegebracht aan personen, op welke wijze dan ookontstaan.

Artikel4.6 Onbevoegden is het niettoegestaan terreinen en de jachthaven van de vereniging te betreden anders danin tegenwoordigheid van een lid. Het lid is volledig verantwoordelijk voor degepleegde daden en/of aangerichte schade verricht door de door hem meegenomenpersonen.

Artikel 4.7

De vereniging is in geen geval verantwoordelijk voor vermissing, beschadiging of het verloren gaan van vaartuigen of onderdelen van eigendommen en andere zaken, gestald in opstallen of op terreinen of afgemeerd langs de terreinen of in de jachthaven.

Artikel 4.8

De op de terreinen, in de opstallen en in de jachthaven aanwezige vaartuigen, trailers en andere objecten van leden zijn niet door de vereniging verzekerd. De leden dienen zelf voor een voldoende verzekering te zorgen. De vereniging eist van de eigenaar van al deze objecten, dat hij deze ten minste tegen Wettelijke Aansprakelijkheid (W.A.

verzekering) verzekert en mag de eigenaar vragen hiervan schriftelijk bewijs te leveren.

Artikel 4.9

Het bestuur van de vereniging is niet aansprakelijk voor schade en letsel, hoe dan ook ontstaan en/of toegebracht, aan personen of goederen van derden. Onder derden zijn in dit verband inbegrepen de leden van de vereniging.

Artikel 4.10 Het bestuur kan, indien een lid zijn verplichtingen uit dit reglement ofdaaruit voortvloeiend niet nakomt, op kosten van de overtreder de nodigemaatregelen nemen.

 

Artikel4.11 Van 19.00 uur tot 07.00 uur, opzondagen en algemeen erkende feestdagen is het niet toegestaan op en nabij deterreinen geluidsveroorzakende werkzaamheden te verrichten. Aanwijzingen van decommissies dienen zonder meer te worden opgevolgd.

Artikel4.12 Het is niet toegestaanwerkzaamheden te verrichten welke tot gevolg hebben dat vuil, stof, roest e.d.op de andere vaartuigen terechtkomen zodat deze overlast of schade ondervinden.Er moet bovendien zodanig gewerkt worden dat vaste stoffen of vloeistoffen vanwelke aard dan ook de grond of vloer van loods en/of terreinen niet kunnenverontreinigingen. Ter voorkoming hiervan dienen de nodige maatregelen genomente worden zoals het onder de boot leggen van een voldoende groot zeil waarop deverontreinigingen kunnen worden opgevangen en het gebruik van opvangbakkenonder verfbussen en oplosmiddelen.

Artikel4.13 Droogschuren in de loodsen isalleen toegestaan met toestemming van de commissie. Het voorgaande Artikel blijft van toepassing.

Artikel4.14 Machinaal schuren dient tegeschieden met een mechanische stofafzuiging waarbij het vrijkomende schuurstofin een stofzak wordt opgevangen.

Artikel4.15 Bij het werken met vluchtigestoffen dienen de daarvoor geldende wettelijke regels in acht te worden genomenen dient men de voorschriften en aanwijzingen op de verpakking in acht tenemen. Het bespuiten, dompelen of overgieten van verf, vernis of lak met eenontvlampunt lager dan 55º C is niet toegestaan.

Artikel4.16 Telkens na de verrichtewerkzaamheden dient alle afval en verontreiniging te worden opgeruimd. Afvaldient steeds te worden verzameld in de boot (dus niet onder of bij) en mee naarhuis genomen te worden. Afval mag niet in het water terechtkomen.

 

Artikel4.17 De terreinen en opstallen mogenniet als opslagplaats worden gebruikt anders dan met toestemming van debetreffende commissie en dan alleen op plaatsen die daarvoor specifiek zijnaangewezen. Goederen die bij het schip behoren dienen in of in de directeomgeving van het schip te worden bewaard en zonder dat anderen daar hinder vankunnen ondervinden.

Artikel4.18 Het gebruik van voertuigenzoals motoren, scooters, bromfietsen en fietsen, anders dan met de handvervoerd, is op alle terreinen verboden.

Artikel4.19 De terreinen zijn bereikbaar metde sleutels van de vereniging. Na passage dient het toegangshek te wordengesloten.

Artikel4.20 Het uitoefenen van commerciëleactiviteiten door leden en niet-leden vanuit de opstallen, de terreinen en dejachthaven is niet toegestaan.

Artikel4.21 Nadere regels over gebruik vanloods en terrein staan aangegeven in de “instructies terreinen “en “instructiesloodsen”. Deze regels staan vermeld op een publicatiebord op de locaties.

 

5.Buitenboordmotoren

 

Artikel5.1 Aanboord van vaartuigen, die op de terreinen gestald staan, mogen geenbrandstoffen worden achtergelaten, uitgezonderd dieselolie welke zich in deingebouwde brandstoftank van het vaartuig bevindt.

In de loods mogen geen buitenboordmotoren al dan niet met brandstofworden gestald. Buitenboordmotoren dienen ter stalling mee naar huis genomen teworden.

 

In Maasland is aanwezigheid van debuitenboordmotoren type externe benzinetank van de Watersprieten in de loodstoegestaan. Deze externe benzinetanks en de buitenboordmotoren met eengeïntegreerde benzinetank dienen in de container te worden geplaatst.

Elke andere vorm van aanwezigheid vanbrandstof in de loods is verboden.

 

6.Elektra

 

Artikel 6.1 Op de terreinen en in de loodsen is een aantal contactdozen aanwezig.Deze zijn bedoeld voor kleine verbruikers tot 750 watt.

Artikel 6.2

Verlengsnoeren dienen voorzien te zijn van geaarde stekkers. Kabels dienen zodanig gelegd te worden dat niemand hier overlast van ondervindt en dienen in een deugdelijke staat te zijn.

Artikel 6.3

Zonder de aanwezigheid van de eigenaar mag het vaartuig niet aangesloten zijn op het elektriciteitsnet. Het gebruik is alleen toegestaan op het terrein, in de opstallen en in de haven van de vereniging.

Artikel 6.4

Tijdens de zomer is het mogelijk om een beperkt aantal koelkasten tegen betaling in de loods aan de Foppenplas te plaatsen en aan te sluiten. Aanvragen dienen tijdig bij de havencommissie te worden ingediend. De koelkasten dienen vóór de winterberging weer uit de loods te zijn verwijderd.

 

7.Laswerkzaamheden

 

Artikel 7.1

 

 

Bij het verrichten van laswerkzaamheden e.d. dienen voldoende veiligheidsmaatregelen te zijn getroffen. Onder andere moet, om een beginnende brand te bestrijden, een blusapparaat van voldoende capaciteit onder handbereik aanwezig zijn evenals een brandwacht.

Gebruik dient te worden gemaakt van brandwerende kleden en/of zeilen bij las- en/of slijpwerkzaamheden, zodat geen schade aan naastliggende vaartuigen en eigendommen ontstaat.

 

Voordat een bovenstaand werk wordt begonnen, beoordeelt de commissie of de juiste maatregelen zijn genomen. Na beëindiging van de werkzaamheden dient alle apparatuur te worden afgekoppeld en op een veilige plaats te worden opgeborgen.

 

Het is niet toegestaan laswerkzaamheden in de loods uit te voeren zonder nadrukkelijke toestemming van het bestuur.

Artikel 7.2

Op het terrein Delft is het tussen 7.00 en 19.00 uur verboden slijpwerkzaamheden aan de boot te verrichten die geluidsoverlast geven van meer dan 45 dB.

 

Lichte slijpwerkzaamheden zijn toegestaanindien ze gedurende effectief maximaal 15 minuten per dag tussen 7.00 en 19.00uur plaatsvinden, waarbij een piek van maximaal 106 dB is toegestaan. Dit geldtook voor het hameren van metaal waarbij 15 minuten lang per dag degeluidssterkte maximaal 110 dB mag zijn.

 

Op zondag en feestdagen zijn slijpen enhameren niet toegestaan

 

8.Sleutels

 

Artikel8.1 Sleutels welke toegang geven totterreinen en/of opstallen kunnen door de leden tegen het betalen van een borgworden afgehaald bij de terreinbeheerder of de sleutelbeheerder.

 

 

Artikel 8.2

 

Bij het beëindigen van de werkzaamheden op de terreinen of in de loodsen dient men er zich van te overtuigen dat er geen afval is achtergelaten, dat de lichten en andere verbruikers zijn uitgeschakeld en dat de deuren zijn gesloten.

Artikel 8.3

Bij het beëindigen van het lidmaatschap dient het vertrekkend lid alle hem ter beschikking gestelde sleutels in te leveren bij de terreinbeheerder of de sleutelbeheerder. Waar van toepassing, zal betaalde borg na inlevering van de sleutel(s) door de penningmeester worden teruggestort.

9.Kranen

Artikel9.1 De hijskranen van de verenigingmogen alleen worden bediend door personen die in het bezit zijn van eenhijscertificaat en hiertoe zijn aangewezen door de loods- of havencommissie.

Artikel9.2 De hijskranen dienen volgens de geldendevoorschriften te worden geïnspecteerd. Jaarlijks wordt een inspectie uitgevoerddoor een gecertificeerd bedrijf en wordt de status vermeld in het kraanboek.

Artikel9.3 Het is mogelijk een vaartuig,tijdens de zomerperiode voor een onderhoudsbeurt uit het water te laten halen.Dit dient schriftelijk te worden aangevraagd bij de loods- of havencommissie.Een door de Algemene Vergadering vastgesteld tarief is verschuldigd. Hetvaartuig dient binnen 2 weken weer te water te worden gelaten. Voor een grote onderhoudsbeurt kunnen andereafspraken met de loods- of havencommissie worden gemaakt.

 

Indien het onderhoud meer dan 2 weken maarminder dan 1 maand vergt, is eenderde van het zomertarief verschuldigd. Indienmeer dan 1 maand nodig is, moet tweederde van het tarief worden betaald.

Bij meer dan twee maanden wordt hetvolledige zomertarief in rekening gebracht.

 

Artikel9.4 Vaartuigen die onder het bereikvan een kraan zijn afgemeerd en waarvan de eigenaar niet aanwezig is kunnendoor de loods- of havencommissie worden verhaald.

Artikel9.5 Ondeugdelijke vaartuigen,vaartuigen die langer zijn dan 10 meter en vaartuigen die het hijsvermogen vande kranen te boven gaan kunnen worden geweigerd voor stalling ofhijswerkzaamheden.

De kleine kraan in Delft en aan deFoppenhaven mogen een last tot 600 kg. hijsen, de grote kraan in Delft mag tot5500 kg. hijsen.

Artikel9.6 Bij het bedienen van de brug teDelft is een lid van de loods/terreincommissie aanwezig. De sleutel van deverkeerspaal wordt beheerd door de terreinbeheerder.

 

10. Zelfwerkzaamheid

 

Uitleg jaarnummering: Jaar N =huidig jaar, Jaar N-1 = vorig jaar, Jaar N+1 = volgend jaar.

 

Artikel10.1 Leden van 18 tot 70 jaar diejaar N winterstalling, zomerstalling of een ligplaats in de haven wensen op eenvan de locaties van de vereniging, moeten in jaar N-1 werkzaamheden voor devereniging hebben verricht. Voor nieuwe leden wordt eenmalig een uitzonderinggemaakt.

 

Artikel10.2 Het aantal verplichtewerkavonden is voor beide locaties vastgesteld op twee, met dien verstande dat,indien nodig, het aantal werkavonden door de loods- en havencommissie kanworden verhoogd naar maximaal vijf (5).

 

Artikel10.3 De leden kunnen dewerkavondverplichting invullen in de maanden april, mei, juni en september. Inde maanden juli en augustus zijn geen werkavonden gepland.

 

Artikel10.4 Als een lid in jaar N-1 zondergeldige redenen minder dan twee werkavonden heeft bezocht, zal hij/zij injanuari van het jaar N een factuur ontvangen voor een jaarlijks door dealgemene vergadering vast te stellen bedrag, per ontbrekende werkavond met

een maximum van 2 keer dat bedrag. Dit bedrag wordt via de jaarfactuur opgevoerd.Het bestuur bepaalt in billijkheid en redelijkheid of de opgegeven reden eengeldige is.

 

Artikel10.5 Als een lid in het jaar N-1 onvoldoende aantal werkavonden heeft bezocht(minder dan 2), en hij/zij de opgelegde rekening zoals bedoeld in art. 10.4niet tijdig heeft voldaan, dan komt hij/zij niet in aanmerking voorzomerstalling/ligplaats en de winterstalling in het jaar N.

 

Artikel10.6 Werkzaamheden op het terreinkunnen in bijzondere gevallen worden verricht buiten de vastgesteldewerkavonden, maar alleen in overleg met en na toestemming van de betreffendecommissie.

 

Artikel10.7 Dedeelnemers aan de werkavond worden geregistreerd door een bestuurs- ofcommissielid. Elk lid is verantwoordelijk voor de juiste registratie.

 

Artikel10.8 De betreffende commissieverdeelt, in overleg met de betrokkenen, het werk over de leden, De commissiebeoordeelt de opgedragen taken op de uitvoering. Als taken niet naar behorenworden uitgevoerd, zulks ter beoordeling van de betreffende commissaris en doorhet bestuur bevestigd, dan wordt de werkactiviteit niet geregistreerd.

 

Artikel10.9 Het bestuur kan op grond vanmedische indicatie vrijstelling van bepaalde werkzaamheden verlenen. Dit hoeftgeen algemene vrijstelling van werkverplichting in te houden.

 

Artikel10.10 Voor bestuursleden encommissieleden geldt geen werkavondverplichting.

 

11. Zomerstalling

 

Artikel11.1 De haven- loodscommissie deelthet terrein, de loodsen en de jachthaven in voor de zomerstalling.

Artikel11.2 Toegewezen (lig)plaatsen mogenniet worden geruild of worden onderverhuurd.

Artikel11.3 Voor het verkrijgen van dezomer/winterstalling of ligplaats dient een nieuw lid de gewenste faciliteitbij aanvang van het lidmaatschap, eenmalig aan te vragen. De benodigdeaanvraagformulieren worden door de betreffende commissie of secretarisverstrekt/toegestuurd.

Artikel11.4 Wijziging van stalling, boxnummerof beëindiging van stalling dient tijdig te worden aangevraagd middels hetmutatieformulier. Dit formulier staat uitneembaar afgedrukt in elke Ahoy.Indien geen mutatieformulier wordt ingediend dan blijft de stalling ofligplaats ongewijzigd in het volgende jaar. Een gewenste verandering inligplaats of stalling voor het aankomende jaar dient dit uiterlijk einddecember kenbaar te worden gemaakt door het invullen en inleveren van hetmutatieformulier.

 

Artikel11.5 Iedere eigenaar van een schipop het terrein/haven heeft een verklaring getekend dat zijn eigendom isverzekerd, minimaal WA.

 

 

 

 

 

 

12. Winterstalling

Artikel12.1 De indeling op de terreinen, deloodsen en in de jachthaven geschiedt door de commissies.

Artikel12.2 Wijziging van stalling is alleenmogelijk door het gebruik van het mutatieformulier

Artikel12.3 Iedere eigenaar van een vaartuigop het terrein/loods/haven heeft een verklaring getekend dat zijn/haar eigendomis verzekerd, minimaal W.A.

 

Artikel12.4 De commissies stellen de planningop van de dagen en de volgorde van het in en uit het water halen van deboten.

Winterstallers van de vaartuigen zijnverplicht twee hellingdagen aanwezig te zijn op de locatie waar hun vaartuiguit het water wordt gehaald en 1 hellingdag als hun vaartuig te water wordtgelaten.

Indien een lid, bij de stalling van zijnboot onmogelijk aanwezig kan zijn, kan hij zich laten vertegenwoordigen dooreen ander, hetgeen duidelijk van tevoren aan de commissie kenbaar dient teworden gemaakt.

Naast de primaire verantwoordelijkheid voorhet eigen vaartuig, verlenen de leden assistentie bij de behandeling van alleandere op die dag ingeplande boten. De dagen dat de vaartuigen in en uit hetwater worden gehaald worden tijdig bekend gemaakt.

 

Artikel12.5 De commissies bepalen waarde vaartuigen op de terreinen en in de loodsen worden gestald, evenals welkeboten in de loods boven dan wel beneden worden gestald en welke in het waterblijven liggen.

Artikel12.6 Het schoonmaken c.q. afspuitenvan het onderwaterschip met water is alleen toegestaan op de daarvooraangewezen afspuitplaats. Het gebruik van water in de loodsen ten behoeve vanhet schoonmaken van het onderwaterschip is niet toegestaan.

Het gebruik van water in de loodsen voor deoverige werkzaamheden moet tot het uiterste beperkt blijven. Elke eigenaardraagt zorg voor het milieu en is verantwoordelijk voor het opvangen enverantwoord afvoeren van verf(resten), antifouling, verfverdunningsmiddelen,koelvloeistof, olieresten enz.)

Artikel12.7 Voor het afdekken van vaartuigenanders dan met een dekzeil of een passend deksel is toestemming van debetreffende commissie nodig.

Artikel12.8 Ongemerkte schragen, bokken enandere materialen kunnen door de vereniging worden verwijderd, in eigendomworden genomen dan wel aan een ander lid ter beschikking worden gesteld.

Artikel12.9 Het gebruik van vaten voorondersteuning is niet toegestaan.

Artikel12.10 De eigenaar is verplicht zijnvaartuig gereed te hebben op de dag dat de tewaterlating is gepland. In gevalvan overmacht, dient de eigenaar dit vroegtijdig te melden aan decommissie.

Artikel12.11 Iedere eigenaar zorgt voor deeigen ordentelijke schragen, stophout, dekzeilen en staanders. Die materialendienen na gebruik te worden gebundeld, van naam voorzien en opgeborgen op eendoor de commissie aangewezen plaats.

 

Artikel12.12 Rondhouten, kielen, roeren,vlonders e.d. dienen te allen tijde van naam voorzien te worden en op een doorde commissie aangewezen plaats te worden opgeborgen geborgen.

 

Artikel12.13 Op de locatie Delft mogenschepen alleen worden gestald indien de bokken of trailers voldoen aan de eisendie zijn vastgesteld door de loodscommissie.

 

13. Trailers

Artikel13.1 Trailers dienen van de naam vande eigenaar of de boot te worden voorzien en worden gestald op een door decommissie aangewezen plaats op de locatie Delft of Maasland.

Artikel13.2 Leden die voor het jaar 2010 lidvan de vereniging zijn geworden, mogen ’s zomers de trailer(s), die zijgebruiken voor het stallen van hun vaartuigen in de winter, plaatsen op eendoor de commissie toegewezen plek op het terrein van de locatie Delft ofMaasland. Leden die lid zijn geworden na 2010 mogen de trailer(s) uitsluitendstallen op het terrein van de locatie Delft. Indien de trailer wordt gebruiktom ’s winters de boot op te stallen op het terrein van DWSV, worden voor dezomerstalling van deze trailer(s) geen kosten berekend.

 

14. Jachthaven en Panamakanaal

 

Artikel14.1 Alle gebruikers van de haven enhet Panamakanaal, (de verbinding tussen de Middenwetering en de Foppenplas)dienen de aanwijzingen van de havenmeester op te volgen en uit te voeren.Protesten kunnen na uitvoering van het gevraagde ingediend worden bij het bestuur.

Artikel14.2 Destallingplaatsen in de haven worden door de havencommissie ingedeeld. Onderlingruilen van ligplaats is alleen mogelijk als daartoe een mutatieformulier wordtingediend door betrokkenen.

Artikel14.3 Het recht op een ligplaats kanbij verkoop van de boot niet meeverkocht worden aan de nieuwe eigenaar.

Artikel14.4 Het gebruik van de ligplaatsenin de haven is voor rekening en risico van de booteigenaar. Schade wordtverhaald op degene die de schade heeft veroorzaakt. Het is verboden in hethoutwerk van de steigers te nagelen, schroeven of ander soort beschadigingenaan te brengen.

Artikel14.5 Voor het juist en deugdelijkafmeren van het vaartuig is de eigenaar verantwoordelijk. De eigenaar van eenvaartuig is verplicht zodanig af te meren dat het vrij blijft van anderevaartuigen en geen hinder veroorzaakt aan andere gebruikers van de haven.

Artikel14.6 Er dient preventief onderhoudaan de schepen verricht te worden. Eigenaren die hier niet aan voldoen zullenaangeschreven worden en bij blijvende nalatigheid zal het lidmaatschap wordenopgezegd.

Artikel14.7 Vallen e.d. dienen zodanig teworden opgebonden dat door wind geen geklapper of hinderlijk geluidontstaat.

Artikel14.8 Wanneer naar het oordeel van dehavencommissie vaartuigen herhaaldelijk ondeugdelijk worden afgemeerd, kan hetbestuur de betrokken eigenaar de stalling van het vaartuig in de havenweigeren.

 

Artikel14.9 Vuil, olie, toiletinhoud, enandere verontreinigende stoffen of materialen mogen niet in het water van dehaven of het Panamakanaal worden gedeponeerd. Afval dient verzameld enafgevoerd te worden. Chemische toiletten dienen in de op het terrein aanwezigestortbak te worden geledigd. Het gebruik van onderwatertoiletten in de haven isniet toegestaan.

Artikel14.10 Fietsen dienen in defietsenrekken te worden geplaatst. Het stallen tegen de hekken is niettoegestaan. Dit geldt in het bijzonder voor de toegangshekken van desteigers.

Artikel14.11 Radio's, tv’s en anderegeluidsdragers mogen geen hinder veroorzaken aan de overige gebruikers van dehaven en het Panamakanaal.

Artikel14.12 Gebruikers van ligplaatsenhebben de verplichting bij de havenmeester melding te maken van een voorgenomenlangere afwezigheid van hun vaartuig.

Artikel14.13 Leden van de vereniging dienenvoor een ligplaats aan het Panamakanaal een vergoeding te betalen aan devereniging.

Artikel14.14 Voor gebruik van de douchesdient te worden betaald (muntautomaat). Na het gebruik van douches of toilettendienen deze schoon te worden achtergelaten.

Artikel14.15 Het is niet toegestaan botenonbeheerd in het Panamakanaal te laten overnachten

Artikel14.16 Het is niet toegestaan langerdan 3 nachten aaneengesloten in het Panamakanaal te liggen tenzij er voldoendeligplaats is.

Artikel14.17 De drinkwatersteiger aan hetPanamakanaal dient vrij te blijven voor het bunkeren van drinkwater. Drinkwateris tegen betaling in te nemen (muntautomaat).

Artikel14.18 Gebruikers van ligplaatsen mogen alleentijdens hun aanwezigheid op het vaartuig gebruik maken van de elektrischewalaansluiting.

Artikel14.19 Een gebruiker van de haven of hetPanamakanaal is verplicht bij constatering van onraad en bij olie-of brandstoflekkageuit een vaartuig daarvan direct melding te maken bij de havenmeester en hem teassisteren bij het opruimen.

Artikel14.20 Vaartuigen met eengasinstallatie of brandstoftank dienen een goed werkende en geschiktebrandblusser aan boord te hebben. Zowel de gasinstallatie als debrandstofinrichting dienen in een goede staat gehouden te worden.

Artikel14.21 In de haven mag niet wordengezeild en op de motor mag slechts stapvoets worden gevaren. Het is toegestaanom op te tuigen of af te tuigen aan de lege kopse steigers D of E envoorzichtig naar of van de havenuitgang te zeilen.

Artikel14.22 Gebruikers van overzetroeibotenvan de vereniging dienen er voor te zorgen dat aan beide oevers een bootligt.

Artikel14.23 Het is wettelijk verboden omzonder vergunning met motorvoertuigen het fietspad te berijden. Voor het halenen brengen van een boot via het pad dient met de havenmeester een afspraak teworden gemaakt.

Artikel14.24. Gebruik van meegebrachtealcoholische dranken op de wal van het Panamakanaal is alleen toegestaan bij deeigen boot.

Artikel14.25 Het is niet toegestaan botennaast elkaar af te meren in het Panamakanaal.

 

 

 

15.Toewijzingligplaatsen

 

Artikel15.1 Alle leden hebben in principerecht op een ligplaats voor hun vaartuig in haven en/of op het terrein enhebben het recht gebruik te maken van de technische faciliteiten. Indien doorplaatsgebrek niet alle leden een ligplaats kan worden geboden, dan zal eenwachtlijst in volgorde van aanmelding worden opgesteld en gepubliceerd. Aan devolgorde van deze wachtlijst zal worden vastgehouden voor het toewijzen vanplaatsen voor zover dit in verband met de afmetingen van de schepen mogelijkis. Leden die hun schip vervangen door een groter schip hebben echter voorrangbij toewijzing.

 

Artikel15.2 Decommissie heeft het recht leden een afwijkende ligplaats toe te wijzen als ersprake is van een ongewenste situatie zoals het uitsteken van de boot buiten depalen of als de boot te groot of te klein wordt geacht voor de gehuurde box.

 

16. Bar

 

Artikel16.1 Leidinggevenden.

Het bestuur wijst twee leden alsleidinggevenden. Zij zijn ten minste 21 jaar oud, in het bezit van eenverklaring Sociale Hygiëne en voldoen aan de eisen van zedelijkheid en staanals zodanig vermeld op de vergunning van de vereniging.

 

Artikel16.2 Barvrijwilliger is eenvrijwilliger die de barwerkzaamheden in de kantine uitvoert. De persoon

-is ten minste 18 jaar,

-heeft een instructie verantwoord alcohol schenken gevolgd, -staatals zodanig bij de vereniging geregistreerd,

-is betrokken bij de vereniging als lid of anderszins.

 

 

Artikel16.2 Er wordt geen alcoholhoudendedrank geschonken aan:

-personen die de leeftijd van achttien jaar niet hebbenbereikt,

-personen tijdens het werk op werkdagen/avonden die zijngeorganiseerd door de vereniging,

-jeugdleiders, trainers en andere begeleiders van dejeugd tijdens de uitoefening van de onder hun verantwoording staandeactiviteiten barleiding en vrijwilligers gedurende hun bardienst,

-personen die dronken zijn,

-personen die agressief zijn of anderszins normafwijkendgedrag vertonen – zij worden door de leidinggevende of barvrijwilliger uit dekantine verwijderd,

-personen die de kennelijke intentie hebben met meer danhet toegestane promillage alcohol aan het verkeer te willen deelnemen,

-personen die in verenigingsverband als chauffeur dienenbij het vervoer van leden.

 

Artikel16.3 Het is niet toegestaan zelfmeegebrachte alcoholhoudende dranken te gebruiken gedurende de openingstijdenvan de bar in het clubgebouw.

 

Artikel16.4 Prijsacties, die het gebruik vanalcoholhoudende dranken stimuleren, zoals meter bier of happy hours, zijn inhet clubgebouw niet toegestaan.

 

Artikel16.5 Vanuithet oogpunt van na te streven alcoholmatiging, wordt het gebruik vanalcoholvrije drank gepromoot, onder andere door het goedkoper aan te bieden dandrank met alcohol.

 

Artikel16.6 Opde momenten dat in het clubgebouw alcoholhoudende drank wordt geschonken, is eraltijd een leidinggevende aanwezig die in het bezit is van de verklaringSociale Hygiëne ofwel een barvrijwilliger die een verplichte instructieverantwoord alcoholschenken heeft gevolgd.

 

Artikel16.7 Het is niet toegestaan dat eenlid tijdens de werkzaamheden die uitgevoerd worden ten behoeve van devereniging, onder invloed is van alcohol.

 

17. Watersprieten

 

Artikel17.1 De Watersprieten vormen een deelvan de Delftse Watersportvereniging.

 

Artikel17.2 De Watersprieten hebben als doelzeilvaardigheden, omgang met boten en regels voor vaartuigen op het water op dejeugd over te brengen.

 

Artikel17.3 De cursist is lid van devereniging en betaalt dus contributie.De deelnemers uit deze categorie worden jeugdleden genoemd.

 

Artikel 17.4 Tijdens de lessen op het water dienen de cursisten aan deveiligheidsvoorschriften te voldoen zoals zwemvest, schoeisel.

Artikel 17.5 Leidinggevenden, die ouder zijn dan de leeftijd van 18 jaar dienen inhet bezit te zijn van de VOG( verklaring omtrent gedrag).

 

Artikel 17.6 Een voldoende aantal leidinggevenden dient in het bezit te zijn van eengeldig EHBO certificaat.

 

Artikel 17.7 De cursisten ontvangen de factuur op een ander tijdstip dan andereleden. De betalingstermijnen wijkendaarmee af van de termijnen voor overige leden.

 

Als een cursist tevens een eigen boot staltop het terrein van DWSV, dan geldt voor de betaling van het lidmaatschapsgelden stallinggelden de regeling zoals genoemd onder Artikel 3.4. Deze cursist ontvangt een aparte rekening voorhet volgen van de lessen.

 

Artikel17.8 De leiding van de Watersprietenregistreren de aan- en afmeldingen voor de cursus.

Deze gegevens worden tijdig naar desecretaris gestuurd. De

penningmeesterdraagt zorg voor de facturatie.

 

Artikel17.9 Deleiding van de Watersprieten dient rond oktober bij het bestuur een plan vanaanpak en de daarbij behorende begroting in voor het volgende jaar. Na

instemming van hetbestuur wordt dit ter stemming voorgelegd aan de algemene vergadering.

 

Artikel17.10 De leiding van de Watersprietendraagt zorg voor het onderhoud van het lesmateriaal, de volgboten, lesplanningen de contacten met de cursisten.

 

Artikel17.11 Het is niet toegestaan datmateriaal en boten, die onder het beheer van de

Watersprieten vallen, zonder explicietetoestemming van de Sprietenleiding en/of het bestuur worden gebruikt door, ofworden uitgeleend aan leden en niet-leden.

 

18. Terreinbeheer (havencommissie Maasland/ loodscommissie Delft)

 

Artikel18.1 De commissie draagt zorg voorhet onderhoud van het terrein, de loods en de kantine.

 

Artikel18.2 De commissie geeft leiding aanwerkavonden.

 

Artikel18.3 De commissie organiseert en geeftleiding aan de hellingactiviteiten.

 

Artikel18.4 De commissie houdt toezicht ophet juiste gebruik van het terrein en de loods en de haven

 

Artikel18.5 De commissie maakt een indelingvan de te stallen vaartuigen op het terrein, haven of loods.

 

Artikel18.6 Decommissie adviseert het bestuur over het onderhoud aan of vervanging van hetterrein, loods, toiletgebouw, kantine en de haven.

 

Artikel18.7 De commissie stelt een begrotingop voor het komend kalenderjaar over de voorgenomen vernieuwingen en onderhoud.Het bestuur zal na goedkeuring dit voorstel ter instemming voorleggen aan dealgemene vergadering.

 

Artikel18.8 De commissie vergadert een aantalmalen per jaar of vaker als dit nodig wordt geacht. De voorzitter van decommissie leidt de vergadering.

 

Artikel18.9 De commissie draagt zorg voor debudgetbewaking van gelden die in de begroting zijn opgenomen en leegt daarvan verantwoording af aan hetbestuur.

 

Artikel18.10 De commissie is een algemeenaanspreekpunt voor zaken die het terrein, loods, de kantine of haven betreffen.

 

Artikel18.11 De havencommissie draagt zorgvoor het onderhoud van de steigers van de haven.

 

Artikel18.12 De commissie ziet toe op deveiligheid bij stallingwerkzaamheden.

 

Artikel18.13. De commissie ziet er toe op dat de milieuregelgeving op het terreinwordt gehandhaafd.

 

Artikel18.14 De commissie draagt zorg voor deaanwezigheid en onderhoud van de middelen ten behoeve van de veiligheid op hetterrein en in de haven.

 

Artikel18.15 Op voordracht van de commissiebenoemt het bestuur een terreinbeheerder. De terreinbeheerder is lid van de commissie. De commissie en bestuurbepalen voor de beheerder de nader vast te stellen taken.

 

Artikel18.16 De havenmeester maakt deel uit vande havencommissie.